Zo houd jij het aankleden smorgens gezellig.

Aankleden, het lijkt een simpele taak, maar je kind denkt daar anders over. Want voor hij ook maar één sok aan heeft, heeft hij al 86 andere dingen gedaan. Constant afgeleid en telkens weer bezig met andere dingen.
 
En jij bent hem ondertussen steeds aan het jagen:
‘Schiet nou eens op!’
‘Heb je nou nog je broek nog niet aan?’
‘Blijf nou eens van die auto’s af en kleed je even aan!’
Voor je het weet sta je ‘s ochtends om half 8 al te mopperen en te schelden!

Voor sommige kinderen is het geconcentreerd af maken van een taak of een opdracht heel ingewikkeld. Ze zien iets anders en dat trekt de aandacht. En zeg nou zelf, een racebaan met supersnelle autootjes ís toch ook interessanter dan je sokken?
 
Dat afgeleid zijn, is geen kwestie van niet mee willen werken of dwars willen zijn, het is gewoonweg niet interessant genoeg voor je kind. Hij legt ook het verband nog niet tussen: ‘Als ik nu niet opschiet… dan zijn we straks te laat op school.’ Nee. Hij denkt in het NU en in het NU zijn zijn auto’s aantrekkelijker dan zijn sokken.
Het begint met je te beseffen dat je kind nog geen tijdsbesef heeft en dat hij van plannen nog helemaal geen kaas gegeten heeft. Wij gaan er te snel van uit dat onze kinderen dit al kunnen.

Hoe kan jij er voor zorgen dat je kind wel op tijd zich aangekleed heeft?

  1. Laat je kind kiezen. Zorg er voor dat je kind iets aan mag doen wat hij leuk vind en zelf heeft mogen uitkiezen. Laat hem zijn kleren de avond van te voren uitkiezen. Pfff hoor ik jou nu denken….daar gaat zoveel tijd in zitten en vervolgens wordt het iets wat echt niet mogelijk is (bv een korte broek terwijl er sneeuw ligt). Gaan we daar weer strijd over hebben! NEE zo gaan we dit natuurlijk niet doen! Hoe dan wel? Jij legt 2 of 3 setjes klaar waar je kind uit mag kiezen. Zo heb jij de controle over datgene wat er aangedaan wordt en kan je kind (leren) kiezen. Zo bespaar je smorgens tijd en discussies. Maak de duidelijke afspraak dat wat gekozen is wordt ook aangedaan. PUNT!
  2. Begin de dag direct met wassen en aankleden. Als je eerst naar beneden gaat om lekker te  ontbijten of iets  dergelijks, wordt je kind gegarandeerd afgeleid door iets anders. Hij is lekker aan het spelen met de lego of even een  filmpje aan het kijken en dan moet hij opeens aankleden. Ja, daar heeft hij dan natuurlijk geen zin in… Voorkom dit soort momenten door simpelweg pas naar beneden te gaan als je kind is aangekleed.
  3. Vermijd afleiding. Als je kind snel afgeleid is, zorg er dan voor dat je kind in een prikkelarme  omgeving zich kan aankleden. Jezelf  aankleden in je slaapkamer, waar al je mooie speelgoed, je knuffels en je auto’s staan, is voor een snel afgeleid kind natuurlijk de goden verzoeken. Alsof je zelf taartjes aan het maken bent, maar zelf niks mag proeven… Leg de kleren van je kind bijvoorbeeld klaar in de badkamer. Daar ben je toch al om te wassen en de kans dat je kind daar afgeleid wordt, is stukken kleiner. Zo kan je sneller doorwerken.
  4. Ben duidelijk! Zoals ik al eerder in DEZE blog verteld heb, zijn we vaak onduidelijk in de communicatie naar ons kind. Hoe kan jij duidelijk zijn m.b.t het aankleden? Schiet nou op! is onduidelijk. Hoeveel tijd heeft hij nog? Houd je opdrachten klein en behapbaar. ‘Ga je even aankleden’ is te algemeen en te groot en kan voor sommige kinderen ook onduidelijk zijn (ookal doen ze dit elke dag…). Geef één opdracht tegelijkertijd en als het klaar is pas de volgende. Het kan ook helpen om pictogrammen op te hangen, waarop je kind kan zien wát hij moet doen en in welke volgorde. En in plaats van dat jij hem dan steeds moet jagen, kun je vragen: ‘Kijk even op je lijstje, wat je nog moet doen’. Hier leert je kind veel meer van. 
  5. Houd het positief.
    Vergeet verder ook niet om het positief te houden. Benoem de dingen die al klaar zijn of wanneer je kind goed geluisterd heeft. B.v. Wauw jij hebt die broek al helemaal zelf aangedaan en ook nog de knoop dicht! Super dat jij de sokken al aan hebt, nu zijn we lekker snel klaar!
    We vergeten snel om dingen te benoemen, die wij als vanzelfsprekend zien. Het lastige daarvan is, dat je al snel verzandt in alleen de negatieve dingen benoemen, zeker als je haast hebt. Daarom een reminder om juist ook te benoemen wat wel goed gaat, zelfs als het maar heel simpel is (en jij eigenlijk vindt dat het heel normaal is).